Hoe dichter je het hart van de Engelse studentenstad Cambridge nadert, hoe verder je teruggaat in de tijd. Op de drukke verkeersader St. Andrew’s Street worstelen bussen en auto’s zich langs wegwerkzaamheden, maar wie linksaf slaat bij Downing Street wandelt gestaag het verleden in. Na luttele minuten kruis je de Cam en op een kleine groene weide midden in de rivier – waar getuige de naam in vervlogen tijden de was te drogen lag – soezen zeven herkauwende runderen onder de paraplu van een enorme treurwilg.
Rechtsaf voor de brug, in de smalle Laundress Lane, staat op een verkeersbord uit 1857 te lezen: No Thoroughfare for Carriages or Horses, geen doorgaande weg voor koetsen of paarden. Van daaruit verbindt een labyrint van stegen de eeuwenoude en beroemde studentengemeenschappen, zoals Queens’ College, Catherine’s, Corpus Christie, King’s, Trinity, St. Johns en Clare.
De University of Cambridge telt ruim dertig van deze instituten die een zekere zelfstandigheid koesteren. En allemaal bezitten ze een kapel en een eigen koor. Clare College plooit zich carrévormig om een courtyard, een grasveld in vieren gedeeld door twee kruisende paden. Vanuit zijn kamer kan koordirigent Graham Ross de binnenplaats overzien. „Dit gebouw”, zegt hij, „herbergt vijfhonderd studenten. Het doet wel wat denken aan een klooster.”
Peter Pan-koor
De 31 colleges in Cambridge gaan deels terug op monastieke tradities, en op het principe van een hechte gemeenschap die kennis en wijsheid vergaart. In deze stad is de universiteit geen moloch die zijn ruim 20.000 studenten opslokt in onpersoonlijke collegezalen, maar een mozaïek van communes. Godsdienst is een fundament onder hun oorsprong. Oprichter Lady Clare verklaarde zeven eeuwen geleden dat het naar haar genoemde college de taak had „de ware religie te ondersteunen en het algemeen belang te behartigen door het leren te bevorderen, voor zover God ons daartoe het vermogen heeft gegeven”.
Namen als Corpus Christi, Trinity en Jesus College bewijzen dat Clare daarin niet alleen staat. „En daarom kent Cambridge op ongeveer één vierkante mijl meer dan dertig kapellen en koren”, glimlacht Ross. Het zijne – The Choir of Clare College – zingt een kerstprogramma in Nederland: zaterdagavond in de Catharijnekerk in het Brabantse Heusden, zondagmorgen in het Amsterdamse Concertgebouw.
Vanaf de jaren zeventig groeide dit koor uit tot een wereldwijd bewierookt gezelschap. Deze ontwikkeling begon met het toelaten – als een van de eerste Britse colleges – van vrouwelijke studenten in het mannenbolwerk. Dat bood ook muzikaal nieuwe mogelijkheden. En op aanraden van zijn eerste Music Director, componist John Rutter, werd de leiding over het koor bij Clare College opgewaardeerd: van een karig betaald klusje voor een orgelstudent werd het een volwaardige baan. Maar dan nog verbaast het hoge niveau van het dertigkoppige ensemble, dat niet uit beroepsmusici bestaat, maar uit Clare-studenten uit allerlei disciplines. Dit betekent ook dat de samenstelling van het koor elk jaar verandert: ervaren krachten vertrekken met het behalen van hun diploma. „Ik schat dat momenteel de helft van het koor nieuw is”, zegt Ross.
Toch hoor je deze tweede zaterdag van oktober bij het verjaardagsconcert voor de 80-jarige John Rutter en later in de evensong de kenmerkende Clare-klank. En dat met zo’n twaalf zangers die nog maar een week meedraaien. Veteraan Rutter kent het koor al zes decennia van binnenuit: hij zong erin als student, dirigeerde het in zijn periode als Musical Director en is tegenwoordig opnameleider van de albums die het maakt. „Een Peter Pan-groep”, noemt hij het, verwijzend naar de kinderboekenheld die weigert op te groeien. „Dit koor blijft eeuwig jong.”
Dat zou inderdaad wel eens de kracht van het Choir of Clare College kunnen zijn, beaamt Ross. „De meeste zangers beginnen hier in hun late tienerjaren. Hun stemmen zijn nog niet volgroeid. Onze sopranen bijvoorbeeld klinken daardoor helder in de hoogte, vrij van vibrato. Het koor beschikt over een jeugdige wendbaarheid. En dat is nodig, want wij zingen muziek van de Middeleeuwen tot nu.”
Zingend land
Zelf groeide Graham Ross ook op binnen de muren van Clare. Hij begon er met een studie muziek en wist later een plek in het koor te bemachtigen. Vier jaar na het behalen van zijn diploma, keerde hij op zijn 24ste terug als Music Director. „Ik solliciteerde in de veronderstelling dat me een zekere afwijzing wachtte”, vertelt hij. „Het is een gewilde plek, je bent hoeder van een eeuwenlange traditie. Ik herinner me de sollicitatiecommissie van veertien mensen, aan de andere kant van de tafel in de Masters Lodge. Tot mijn verbijstering namen ze me aan. Kennelijk gaven ze de voorkeur aan mijn jeugdigheid, energie en een frisse wind boven de ervaring van anderen.”
Het was vooral de stem van John Rutter die de doorslag gaf, zegt diezelfde middag Tony Badger, destijds Master ofwel het hoofd van Clare College. „John stelde: ‘Graham zal zich ontwikkelen tot een dirigent die over enkele jaren buiten ons bereik zal zijn, omdat alle Britse koren en orkesten hem dan zullen willen.’ De nodige mensen binnen en buiten Clare kwamen na afloop naar me toe met het commentaar dat ze Grahams benoeming een moedig besluit vonden, a brave descision.” Een ironische grijns verschijnt op Badgers gezicht. „Dat is onder Britten een eufemisme voor: ‘Jullie zijn hartstikke gek.’”
De sceptici kregen ongelijk, want onder Ross begon de roem van het Choir of Clare College zich ook buiten de Britse grenzen te verspreiden, bijvoorbeeld met optredens in Sydney’s iconische Opera House, in de Library of Congress in Washington en in de Nôtre Dame in Parijs. „We verdiepten ons drie jaar lang in onbekende gezangen en missen van de 16de-eeuwse Italiaanse componist Palestrina”, vertelt Ross. „En ter voorbereiding op een album zongen we de afgelopen zomer in de Santa Maria Maggiore in Rome, de kerk waar Palestrina eerst koorknaap en later kapelmeester was. Dat was een onvergetelijke ervaring.”
Veel zangtalent in het Choir of Clare College is, voor ze aan Clare kwamen studeren, opgeleid aan de eeuwenoude koorscholen van zo’n vijftig Britse kathedralen en internaten, waar kinderen regulier onderwijs combineren met een opleiding in kerkmuziek. Die instituten zijn de stamvaders en kweekvijvers van de geroemde Britse koortraditie. Maar hun rol staat onder druk, merkt John Rutter.
„Dit land heeft altijd van zingen gehouden, alleen geven we het niet langer de steun die het nodig heeft. De openbare scholen waarin ruim negentig procent van de kinderen opgroeit, hebben het opgegeven. In mijn kindertijd vormde muziek de longen van het onderwijs. Maar dat pad wordt verlaten. En ook in onze kerken oogt de toekomst duister. Gisteren dirigeerde ik een concert in de kathedraal van Chichester. Daar hoorde ik dat door geldtekort de kans groot is dat het doek valt voor het koor waarvan de geschiedenis bijna een millennium teruggaat.”
Spiritualiteit
Bij de Evensong die avond is de crisis voor even ver weg. De kapel blijkt een oase met veel jongeren, die ogenschijnlijk met open blik de wereld van religie en spiritualiteit tegemoettreden, en bezield meedoen met de samenzang aan begin en eind van de dienst. Theologiestudent Alex MacDonald verwelkomt de nieuwe lichting eerstejaars met een preek over nieuwe horizonten. Hij ‘vertaalt’ de lezing uit Bijbelboek Handelingen, waarin apostel Paulus in discussie gaat met Griekse filosofen op de Atheense heuvel Areopagus.
Aan de hand hiervan suggereert hij de studenten vier levenshoudingen: omarm het leven van het denken; onderzoek integer de inzichten die verschillen van je eigen standpunten; kijk verder dan je eigen vakgebied; en tenslotte – het is niet voor niets een preek – overpeins wat het geloof je kan brengen. „Veertig jaar geleden zou die laatste vraag een vanzelfsprekend antwoord opleveren”, zegt Mark Smith, Dean van Clare, de Anglicaanse priester die niet alleen theologie doceert, maar ook het religieuze fundament van het college onderhoudt.
„Het was toen een kwestie van het polijsten van een bestaande christelijke levenshouding van mensen die toch al naar de kerk gingen. Secularisatie maakte hier een einde aan. Maar gek genoeg opende juist die ontwikkeling deuren naar een nieuwe geloofsbeleving, want de dilemma’s verdwijnen niet. Wat heeft een mens eraan om de wereld – rijkdom en aanzien – te winnen, maar de ziel te verliezen? Zo’n vraag houdt veel studenten hier bezig. Voorgaande generaties zochten antwoorden in de politiek, maar jongeren van nu vinden die wereld onbetrouwbaar en cynisch.”
Smith ziet de laatste jaren bij Clare-studenten een hernieuwde belangstelling voor spiritualiteit – niet noodzakelijkerwijs alleen voor het christendom. „Jongeren zoeken naar een nieuwe landkaart voor hun weg door het bestaan. Dat doen velen vanuit een zekere onbevangenheid, want ze hebben geen belast verleden wat het geloof betreft, zoals bij veel van hun ouders wel het geval is. Op Clare heerst niet de tirannie van het christendom. In de kapel krijgen ze de kans om samen het schone, het goede en het ware te zoeken. Behalve het verwerven van intellectuele kennis bieden we studenten elke dinsdagavond gelegenheid op de bank met een glas wijn van gedachten wisselen over wat er voor hen toe doet in het leven.”

Dirigent Graham Ross leidt het koor van Clare College, Cambridge
Justin Griffiths-Williams
Dirigent Graham Ross leidt het koor van Clare College, Cambridge
Justin Griffiths-Williams
Dirigent Graham Ross leidt het koor van Clare College, Cambridge
Justin Griffiths-WilliamsDirigent Ross merkt dat de Evensongs daarin een belangrijke rol spelen. De gezangen bieden studenten en bezoekers van buiten een plek voor verstilling. „Enkele keren per semester doen we op woensdagavond om tien uur een late dienst, een zogenaamde Compline, ontleend aan vroegere kloostertradities. Bij kaarslicht zingen we oude Gregoriaanse hymnen. Dan stromen alle studenten hier uit hun kamers naar de kapel. Cynici zullen zeggen: ‘Ja, die dienst duurt maar een half uur en de bar ligt onder de kapel.’ Maar de meeste jongeren die ik na afloop spreek, gelovig of niet, vertellen me altijd over de schoonheid die ze in het gezang ervaren. Daaruit verrijst voor hen een betekenisvolle en spirituele wereld, die hen even optilt boven de alledaagse werkelijkheid.”
https://www.youtube.com/watch?v=acMhsekc8GM&list=RDacMhsekc8GM&start_radio=1Kerstconcerten van Choir of Clare College Cambridge in Catharijnekerk Heusden (20/12) en Concertgebouw Amsterdam (21/12).
De journalistieke principes van NRC


/s3/static.nrc.nl/wp-content/uploads/2025/12/21222317/211225BUI_2027948772_2.jpg)
/s3/static.nrc.nl/wp-content/uploads/2025/12/21210350/211225CUL_2027980732_Necro1.jpg)

English (US) ·